Arlenis Sierra (Manzanillo (Granma),7 december 1992) is een Cubaanse wielrenster, die actief is zowel op de baan als op de weg.
In beide disciplines, baan en weg, is ze Pan-Amerikaans kampioen en meervoudig Cubaans kampioen op de weg. Ze won goud in de wegrit op de Pan-Amerikaanse Spelen 2011 en op de baan won ze goud op de Centraal-Amerikaanse en Caraïbische Spelen 2014 en 2018 in de ploegenachtervolging. Vanaf 2017 reed ze bij Astana, in 2021 A.R. Monex geheten en vanaf 2022 komt ze uit voor Movistar.[1]
Sierra kwam uit voor Cuba op de Olympische Zomerspelen 2016 in Rio de Janeiro; ze werd 28e in de wegrit, op 6'36 achter winnares Anna van der Breggen. Ze won in dat jaar ook meerdere etappes en eindklassementen in de Tour de San Luis, Vuelta a Costa Rica en Ronde van Bretagne. In het voorjaar van 2017 won ze een etappe in de Setmana Ciclista Valenciana en werd tweede in de Trofeo Alfredo Binda, haar eerste World-Tourwedstrijd en waarmee ze zo blij was dat ze, net als winnares Coryn Rivera, haar handen in de lucht stak.[2] In de Ronde van Californië 2017 werd ze in de vier etappes 2e, 3e, 5e en 6e en veroverde hierdoor zowel de punten- als de jongerentrui en werd derde in het eindklassement.
Tijdens de Olympische Zomerspelen 2020 in Tokio in juli 2021 werd ze 34e namens Cuba in de wegwedstrijd op ruim zeven minuten achter winnares Anna Kiesenhofer.
Jaar | PAK | CA CS | WK | Overige |
---|---|---|---|---|
2011 | puntenkoers | |||
2012 | ||||
2013 | ploegenachtervolging | |||
2014 | scratch puntenkoers |
ploegenachtervolging scratch |
||
2015 | puntenkoers scratch |
|||
2016 | puntenkoers scratch |
puntenkoers | ||
2017 | ||||
2018 | ploegenachtervolging koppelkoers (met Yudelmis Dominguez Masague) achtervolging puntenkoers |
|||
2019 | Pan-Amerikaanse Spelen: omnium |
|
|
Jaar | Tour Down Under | Wielerweek van Valencia | Ronde van Burgos | Ronde van Californië | Ronde van Zwitserland | Ronde van Scandinavië | Ronde van Romandië | Simac Ladies Tour |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2017 | ↑ (1) | ↑ | ||||||
2018 | 42e (1) | 27e | ||||||
2019 | 24e | 18e | ||||||
2020 | 16e | 14e | ||||||
2021 | 22e | |||||||
2022 | 36e (1) | |||||||
2023 | 64e | 18e | 24e | 26e | ||||
2024 | 67e |