Arthur Amos Noyes | ||
---|---|---|
Noyes rond 1900
| ||
Persoonlijke gegevens | ||
Geboortedatum | 13 september 1866 | |
Geboorteplaats | Newburyport | |
Overlijdensdatum | 3 juni 1936 | |
Overlijdensplaats | Californië | |
Academische achtergrond | ||
Alma mater | Massachusetts Institute of Technology Universiteit Leipzig | |
Promotor | Wilhelm Ostwald | |
Wetenschappelijk werk | ||
Bekend van | electrolyten |
Arthur Amos Noyes (Newburyport, 13 september 1866 – Californië, 3 juni 1936) was een Amerikaans scheikundige, bekend voor zijn werk rond electrolyten.
Noyes promoveerde in 1890 aan de Universiteit van Leipzig onder leiding van Wilhelm Ostwald. Tussen 1907 en 1909 was hij waarnemend president van het MIT en van 1919 tot zijn overlijden hoogleraar scheikunde aan het California Institute of Technology. Hij was een vriend van Linus Pauling die hij in Californië leerde kennen.
Voor zijn werk ontving hij in 1915 de Willard Gibbs-medaille en in 1927 de Davy Medal.
Met Willis Rodney Whitney formuleerde hij in 1897 de Noyes-Whitney vergelijking, die de oplossnelheid van vaste stoffen relateert aan de eigenschappen van de vaste stof en het oplosmedium.[1]
De relatie wordt gegeven door:
met: