Defence for Children International

Defence for Children International
Defence for Children International
Geschiedenis
Opgericht 1979
Structuur
Voorzitter Benoit Van Keirsbilck
Werkgebied Wereldwijd; vestigingen in 48 landen
Hoofdkantoor Genève
Doel Bescherming van kinderrechten
Media
Website http://www.defenceforchildren.org

Defence for Children International (DCI) is een internationale wereldwijde onafhankelijke niet-gouvernementele organisatie (NGO) met 42 internationale secties in vier werelddelen die opkomt voor rechten van kinderen. DCI heeft als mandaat dat het zich ervan verzekert dat de V.N.Conventie, het Verdrag inzake de Rechten van het Kind (UNCRC) effectief geïmplementeerd wordt op plaatselijk, nationaal en internationaal niveau. Door onderzoek, voorlichting, belangenbehartiging, actie en rechtshulp verdedigt DCI de rechten van kinderen en stelt schendingen daarvan aan de kaak.

Het internationaal secretariaat zit in Genève in Zwitserland. DCI heeft een raadgevende status bij de Economische en Sociale Raad van de V.N.(ECOSOC). De organisatie geeft jaarlijkse rapporten uit.

Werkgebieden van Defence for Children International

[bewerken | brontekst bewerken]
  • Kinderen te midden van een gewapend conflict. Het V.N.-bureau (SRSG CAAC) vermeldt dat er zo'n 250 miljoen kinderen leven in landen met conflicten. Op 25 mei 2000 is hiervoor een optioneel protocol en zijn ook andere internationale richtlijnen aangenomen en geautoriseerd.[1]
  • Kinderen onderweg. Meer dan 34,7 miljoen kinderen zijn 'on the move': migrantenkinderen, vluchtelingen, asielzoekers, intern-ontheemde kinderen, stateloze kinderen en kinderen met wie handel wordt gedreven.[2]
  • Geweld tegen kinderen. DCI is bij internationaal en regionaal betrokken bij het uitbannen van geweld waarmee jaarlijks 1 miljard kinderen mee te maken heeft.[3]
  • Kinderen, beroofd van hun vrijheid. De belangrijkste reden dat kinderen van hun vrijheid worden beroofd is een gebrek aan adequate hulp aan families, verzorgers, en maatschappelijke zorg en begeleiding gedurende de ontwikkeling van een kind.[4]

In 2003 ontving de organisatie de Geuzenpenning.

Nederland

[bewerken | brontekst bewerken]

Defence for Children International Nederland houdt zich in het bijzonder bezig met de kernthema's: voorlichting over kinderrechten in het algemeen, vreemdelingenbeleid en kinderrechten, mishandeling en uitbuiting van kinderen en kinderen in conflict met de wet (kinderstrafrecht, kinderen in gevangenissen, herstelrecht, rechtshulp).

In april 2014 bracht de Nederlandse Multidisciplinaire Expertgroep ter zake van de praktijken en gevolgen van arrestatie, verhoor, detentie en berechting van Palestijnse kinderen door Israëlische militaire autoriteiten een rapport uit, met de titel Palestijnse kinderen en militaire detentie. Dit rapport had tot doel bijzondere aandacht te vragen van de Nederlandse regering, in het bijzonder de Minister van Buitenlandse Zaken, voor de praktijken van arrestatie, verhoor, detentie en berechting van Palestijnse kinderen door de Israëlische militaire autoriteiten op de Westelijke Jordaanoever. Hiermee beoogde het rapport de minister ertoe aan te zetten om, in diens betrekkingen met de Israëlische en Palestijnse autoriteiten, en waar mogelijk in Europese Unie-verband, te bevorderen dat arrestatie, verhoor, detentie en berechting van Palestijnse kinderen door de Israëlische militaire autoriteiten uitsluitend dient plaats te vinden in overeenstemming met de internationaal erkende rechten van het kind en de daarbij behorende standaarden.[5] Evenals Nederland heeft Israël het 'Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind' geratificeerd.

Defence for Children International-Palestine

[bewerken | brontekst bewerken]

In 1991 is de onafhankelijke organisatie Defence for Children International-Palestine (DCIP) opgericht, die de mensenrechten van de Palestijnse kinderen op de Westelijke Jordaanoever, zoals in Oost-Jeruzalem en in de Gazastrook steunt en beschermt. De meeste schendingen vinden plaats onder de Israëlische militaire bezetting. Geweld tegen kinderen, fysiek en psychologisch, wordt door DCIP vermeld in Laatste nieuws, en gedocumenteerd in publicaties, rapporten en statistieken.[6]

In oktober 2021 werd DCIP door Israël bestempeld als terroristische organisatie, tegelijk met vijf andere Palestijnse NGO's: Addameer, Al-Haq, Bisan Center for Research and Development, de Unie van Vrouwen (UPWC) en de Agriculturele Unie (UAWC). Hun respectievelijke kantoren in Ramallah en al-Bireh, evenals dat van de Unie van Werkers in de Gezondheid (UHWC) werden op 18 augustus 2022 door het Israëlische leger bestormd en geplunderd. De inventarissen en documenten werden in beslag genomen.[7] Voor de aantijging 'terrorisme' werd geen enkel bewijs geleverd. Experts van de Verenigde Naties veroordeelden deze benaming door de Israëlische minister van Defensie, Benny Gantz.[8]

Rapporten

[bewerken | brontekst bewerken]
  • UNICEF, het kinderfonds van de V.N., bracht in februari 2013 een rapport uit met de titel Kinderen in Israëlische militaire detentie, met conclusies en aanbevelingen: Mishandeling van Palestijnse kinderen in het Israëlische militaire detentiesysteem blijkt wijdverbreid, systematisch en geïnstitutionaliseerd te zijn. Arrestatie, hechtenis of opsluiten in gevangenschap van een kind mag uitsluitend gebruikt worden als laatste hulpmiddel en voor de kortst mogelijk passende tijdsduur.[9]
  • In april 2016 bracht DCIP een rapport uit over Palestijnse kinderen in het Israëlische militaire systeem met de titel No way to treat a child.[10]
  • In mei 2023 bracht DCIP het rapport Arbitrary by Default uit, over Palestijnse kinderen binnen het Israëlische militaire rechtssysteem.[11]

De laatste updates van DCIP zijn van respectievelijk juni, juli en augustus 2024, tijdens de oorlog van Israël tegen Hamas in de Gazastrook en op de Westelijke Jordaanoever.

  • In september 2024, eveneens tijdens de in oktober 2023 begonnen oorlog van Israël tegen Hamas, bracht DCIP het rapport Targeting childhood: Palestinian children killed by Israeli forces and settlers in the occupied West Bank Tussen 7 oktober 2023 en 31 juli 2024 werden op de Westelijke Jordaanoever 141 Palestijnse kinderen gedood. Volgens dagelijkse routine bestookten Israëlische soldaten Palestijnse kinderen met geweervuur en luchtaanvallen, verhinderden ambulances en medisch personeel om gewonde kinderen te bereiken en namen kinderlichamen in beslag, wat in strijd is met internationaal recht.[12]

Geweldsincidenten

[bewerken | brontekst bewerken]

Westelijke Jordaanoever

[bewerken | brontekst bewerken]

Kinderen, gedood door het Israëlische leger

[bewerken | brontekst bewerken]

In 2023 zijn op de Westelijke Jordaanoever door het Israëlische leger (IDF) en Israëlische kolonisten tenminste 121 Palestijnse kinderen gedood: 103 door geweervuur, 13 door drones en 5 door luchtaanvallen. In 2024 zijn door het Israëlische leger en Israëlische kolonisten 76 Palestijnse kinderen gedood. Sinds 7 oktober, toen het offensief van het IDF in de Gazastrook begon, zijn op de Westelijke Jordaanoever 157 kinderen gedood.[13]

Bij een Israëlische inval in Jenin in augustus 2024 werd een jongen van 15 jaar, die een zelfgemaakt projectiel naar een zwaar bewapend Israëlisch militair voertuig (dat op het punt stond een drone op enkele Palestijnen af te vuren) gooide, geveld en gewond door een drone-granaat. De militairen verhinderden dat een ambulance bij de jongen kon komen en schoten op de ambulance. Ook reden ze met een wiel van hun voertuig in op de nog levende jongen en bleven er zo'n 40 minuten bij staan voordat ze zich terugtrokken. De 15-jarige overleefde het niet.[14]

Na een nachtelijke inval door het Israëlische leger in het Al-Far'a vluchtelingenkamp werd op 5 september 2024 een 16-jarige jongen neergeschoten, toegetakeld en gedood; een ambulance werd tegengehouden. Daarna werd zijn lichaam door een militaire bulldozer opgepakt en een uur lang rondgereden, waarna zijn geschonden lichaam werd gedumpt in een zuidelijk deel van het kamp.[15]

Kinderen in Israëlische gevangenissen

[bewerken | brontekst bewerken]

Sinds 30 september 2023 is het aantal Palestijnse kinderen in administratieve detentie verviervoudigd. De Israëlische strijdmacht neemt willekeurig, en in een snelheid als nooit tevoren, kinderen in hechtenis zonder vorm van beschuldiging of proces. Meer dan de helft van deze kinder-gevangenen is midden in de nacht gearresteerd. De kinderen worden onderworpen aan hevige martelingen en mishandeling, blootgesteld aan fysiek misbruik, psychische folteringen, en verkeren in slechte omstandigheden. Een van de vele gevangenissen waar kinderen gevangen gehouden worden is de Megiddo gevangenis in Israël. Volgens internationaal recht is het overbrengen van gevangenen van Palestijns bezet gebied naar Israël een vorm van oorlogsmisdrijf.[16]

Volgens de laatste informatie van oktober 2024 door de Israëlische gevangenisdienst worden 85 kinderen in de leeftijd van 16-17 jaar gevangen gehouden.[17]

Kinderen als menselijk schild

[bewerken | brontekst bewerken]

Sinds 2000 heeft DCIP 34 gevallen gedocumenteerd van kinderen die door het Israëlische leger gedwongen werden als menselijk schild voor hen te dienen. Vanaf 2023 is het aantal sterk toegenomen. Ouders en familieleden worden hier ook soms bij gegijzeld en geïntimideerd, en er worden ook honden bij ingezet. De kinderen lopen daarbij sterke psychische en fysieke schade op. Niet alleen is dit verboden onder Internationaal Recht, maar ook verboden door het Israëlische Hoog Gerechtshof van Justitie, gebaseerd op een wet uit 2005.

In maart 2023 werden in het vluchtelingenkamp Aqbat Jabr (bij Jericho) vier jonge Palestijnse kinderen uit een gezin, van 9, 11 en 2 peuters van 2 jaar als schild gebruikt door Israëlische soldaten. De kinderen werden gedwongen voor de militaire voertuigen te staan terwijl de soldaten granaten en kogels afvuurden op Palestijnen.<refIsraeli forces use five Palestinian children as human shields dci-palestine.org, 18 mei 2023</ref>

Op 6 mei 2024 werden in (het vluchtelingenkamp) Toelkarem drie kinderen in de leeftijd van 11, 12 en 14 jaar gebruikt als menselijk schild. Soldaten drongen met een hond hun huizen binnen en trokken de jongens weg bij hun familie. De jongens werden geslagen, mishandeld, en gedwongen voor te gaan bij het doorzoeken van Palestijnse huizen en wijken. In twee gevallen vuurden soldaten hun geweren vanaf de schouders van de jongens. De oudste jongen werd ondervraagd, mishandeld, en met plastic bandjes geboeide handen op zijn rug moest hij voorop lopen en de soldaten seinen of de weg veilig was.[18]

Gazastrook

[bewerken | brontekst bewerken]

Het Israëlische leger heeft sinds 7 oktober 2023 in de Gazastrook meer dan 16.920 kinderen gedood en duizenden verwond of voor hun leven verminkt. Velen worden vermist of liggen begraven onder het puin. Tenminste 25.973 kinderen hebben geen ouders meer of nog slechts één ouder; 171 kinderen stierven na hun geboorte en 710 kinderen onder de één jaar stierven gedurende de oorlog.[19]

Kinderen als menselijk schild

[bewerken | brontekst bewerken]

Tijdens de oorlog Israël-Hamas 2023-'24 werden in de Gazastrook Palestijnse kinderen systematisch door Israëlische militairen vastgehouden en gemarteld en sommige als menselijk schild gebruikt. Karim (12): "They insulted us, slapped me on my face, and kicked me in my stomach and waist. I almost died from the beating. Then they made us walk in front of bulldozers and tanks in the streets so that the resistance wouldn’t target them.” " Abdulrhman (11): “They released dogs on us to scare me, beat me on the head, and stripped me of my clothes. The soldiers fired shots over our heads and insulted us. We sat in the middle of Al-Yarmouk Stadium all night with our heads between our legs, surrounded by dogs, soldiers, and tanks. Anyone who asked for water or needed to use the bathroom was beaten with rifles.”[20]

Ontvoering van kinderen

[bewerken | brontekst bewerken]

Het Israëlische leger ontvoerde in de oorlog tegen Hamas Palestijnse kinderen uit de Gazastrook. Kinderen werden onder de ogen van hun moeders door soldaten meegenomen. Veel Palestijnse families hebben het contact met hun kinderen verloren in gebieden waar het Israëlische" grondoffensief plaats vond. Hun aantal, lot en locatie is onbekend. Meer dan 7000 Palestijnen, meest vrouwen en kinderen worden vermist. Gedwongen overbrenging van kinderen van een groep naar een andere groep wordt onder internationaal humanitair recht gezien als oorlogsmisdrijf en een vorm van genocide.[21] Van 1650 gedetineerde Palestijnen werden er 1506 op 4 april 2024 vrijgelaten, onder wie 43 kinderen. Er zitten in april 2024 ook nog 10 kinderen in de gevangenissen Ashkelon en Ofer Prison.[22] Kinderen worden ook vastgehouden onder voorwendsel dat het misschien gegijzelde Israëlische kinderen zijn. In de Megiddo gevangenis in Noord-Israël zaten op 26 april 24 Palestijnse kinderen gevangen. De omstandigheden zijn slecht: bedorven eten, en ontzegging van familiebezoek.[23]

Zie ook

[bewerken | brontekst bewerken]
[bewerken | brontekst bewerken]