Fluisteren is spreken zonder gebruik te maken van de trillingen van de stembanden. Niettemin kan er door fluisteren hoorbaar geluid geproduceerd worden. Dit wordt geproduceerd door snelle luchtstromingen door de keel en de mond.
Fluisteren is minder goed verstaanbaar dan hardop spreken. Niet alleen is het geluidniveau aanzienlijk lager, maar ook is het verschil tussen stemhebbende en stemloze medeklinkers aanzienlijk minder dan bij normale spraak. Zo is het onmogelijk om al fluisterend verschil te maken tussen de s en de z.
Mensen kunnen met elkaar fluisteren om verschillende redenen, bijvoorbeeld om andere mensen niet te storen (in een slaapzaal of tijdens een concert bijvoorbeeld). Ook kan het tot doel hebben om informatie voor andere aanwezigen te verbergen. In Nederland en België wordt het algemeen als onbeleefd beschouwd om te fluisteren in gezelschap. Fluisteren in gezelschap kan ontaarden in roddelen. Geliefden fluisteren in elkaars oor, dit vergroot het gevoel van intimiteit.
Niet alleen mensen fluisteren. Ook bij katoentamarins, een apensoort, is - voor mensen onhoorbaar - fluistergedrag vastgesteld.[1]