Hamsteroortje | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
op kalkstenen rotsen | |||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||
Normandina pulchella (Borrer) Nyl. (1861) | |||||||||||||||
Synoniemen | |||||||||||||||
Endocarpon pulchellum | |||||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||||
Hamsteroortje op Wikispecies | |||||||||||||||
|
Het hamsteroortje (Normandina pulchella) is een blauwgroen korstmos uit de familie Verrucariaceae. Het groeit op laanbomen op vochtige en schaduwrijke schors.
De soort vormt gewoonlijk matten van overlappende schelpvormige schubjes van maximaal 1 mm diameter. De binnenkant is glad en de buitenrand wattig, waardoor het een gelijkenis vertoont met de oortjes van een hamster. Deze soort komt minder in grote vlakken voor.
Deze soort plant zich voor via geslachtelijke voortplanting en vegetatieve voortplanting. Het merendeel van de soorten verspreidt zich vegetatief. In de wattige randen van de “oortjes” vormen zich kleine korrels (sorediën), die een schimmeldraad en een alg bevatten. Omdat ze maar enkele tientallen micrometers groot zijn kan de wind ze over grote afstanden verspreiden.
Doordat deze soort tot de groep pyrenocarpen behoort heeft het flesvormige vruchtlichamen die echter zelden waargenomen worden.
In Nederland komt het vrij algemeen voor. Het is niet bedreigd en staat niet op de rode lijst. In de 20e eeuw was deze soort door luchtverontreiniging de vorige eeuw heel zeldzaam geworden. Door minder zwaveldioxide uit verkeer en industrie duikt deze soort op allerlei plekken weer op.