Johann Baptist Straub | ||||
---|---|---|---|---|
Straub in zijn atelier (1763), door Balthasar August Albrecht
| ||||
Persoonsgegevens | ||||
Geboren | 1704 | |||
Overleden | 15 juli 1784 | |||
Geboorteland | Duitsland | |||
Beroep(en) | Beeldhouwer | |||
RKD-profiel | ||||
|
Johann Baptist Straub (gedoopt Wiesensteig, 1 juni 1704 - München, 15 juli 1784) was een Duitse beeldhouwer.[1]
Straub was een zoon van Johann Georg Straub en Anna Maria Baumeister. Hij stamt uit een beeldhouwersfamilie, zijn vader en broers Philipp Jakob, Josef en Johann Georg jr. waren beeldhouwers. Hij leerde de beginselen van het vak van zijn vader. Vanaf 1722 was hij leerling van hofbeeldhouwer Gabriel Luidl in München. In 1726 vertrok hij naar Wenen, waar hij werkte in de omgeving van Ignaz Gunst, Christoph Mader, Galli Bibienna, Joseph Emanuel Fischer von Erlach en Raphael Donner en zijn eerste grotere werken maakte.
In 1734 keerde hij op uitnodiging van de hofbeeldhouwer Andreas Faistenberger terug naar München. Straub werd 7 juni 1737 door keurvorst Karl Albrecht van Beieren benoemd tot hofbeeldhouwer. In datzelfde jaar trouwde hij met een dochter van Franz Xaver Späth. Staubs atelier in München was het belangrijkste van zijn tijd. Leerlingen van hem waren onder anderen zijn oomzegger Franz Xaver Messerschmidt en Ignaz Günther.
Straub voorzag veel kerken en kloosters, vooral in Oberbayern, van hoogaltaren, kansels en ander beeldhouwwerk. Zijn figuren zijn veelal witgeverfd met enige verguldingen. Belangrijk werk van hem is te vinden in onder meer de Münchner Residenz, Slot Nymphenburg, de Kloosterkerk Sint-Anna (München) en de Sint-Michaëlkerk (Berg am Laim).