De linea aspera is een longitudinaal georiënteerde richel aan de achterkant van het dijbeen waaraan verschillende spieren van de dij vastzitten. Het bestaat uit mediale en laterale lippen, die divergeren aan zowel de superieure als de inferieure uiteinden.[bron?]
In het Latijn betekent linea "lijn" en aspera betekent "ruw".
Laterale en mediale intermusculaire septa
Superieur, de mediale lip loopt door met de spiraallijn en de laterale lip loopt door met de gluteale tuberositas. Het centrale aspect van de linea aspera, tussen de mediale en laterale lippen, loopt superieur door met de pectineale lijn.
Inferieur gaan de mediale en laterale lippen verder als respectievelijk de mediale en laterale supracondylaire lijnen. De mediale en laterale supracondylaire lijnen vormen de laterale randen van de fossa poplitea.
Er zijn vier belangrijke anatomische varianten op basis van de afstand tussen de mediale en laterale lippen over de lengte van de linea aspera:
De linea aspera is afwezig in de kindertijd, verschijnt rond de puberteit en neemt in de volwassenheid toe in omvang.