Liudolf | ||
---|---|---|
- 1038 | ||
Graaf van Midden-Friesland | ||
Periode | - 1038 | |
Opvolger | Bruno II | |
Markgraaf van Brunswijk | ||
Periode | 1006-1038 | |
Voorganger | Bruno II | |
Opvolger | Bruno III | |
Vader | Bruno I van Derlinga | |
Moeder | Gisela van Zwaben | |
Dynastie | Brunonen |
Liudolf (ca. 1005 - Italië, 23 april 1038) was een Saksische graaf uit de 11e eeuw die ook heerste over Midden-Friesland. Hij wordt beschouwd als grondlegger van de Friese Brunonen.
Liudolf was een zoon van Bruno I (Graaf van de Derlingau) en Gisela van Zwaben. Keizer Koenraad II de Saliër was daardoor zijn stiefvader.
Liudolf huwde ca 1020 met Gertrude Billung van Egisheim (Dagsburg in Duitsland) (*ca 1005- 21 juli 1077). Gertrude is een dochter van Egbert Billung, zoon van Egbert Eenoog (932-994), uit het geslacht der Billungers die over bezittingen en (grafelijke) rechten in Midden-Frisia beschikten.[1]
In 1024 werden de Friese graafschappen Oostergo, Westergo en Zuidergo formeel aan hem toegewezen. Hij zou deze tot aan zijn dood besturen en na hem nog twee generaties Brunonen. Behalve de Friese graafschappen, was hij ook graaf van Braunschweig (stad) en de Derlingouw.
Echte feitelijkheden uit het leven van graaf Liudolf zijn niet bekend. Hij stierf in 1038, toen hij samen met Koenraad II een reis naar Italië maakte en het gezelschap door ziekten werd geteisterd. Hij werd opgevolgd door zijn oudste zoon Bruno II.
Zij kregen de volgende kinderen: