Otto Paetsch | ||||
---|---|---|---|---|
Otto Paetsch aan het Oostfront.
| ||||
Geboren | 3 augustus 1909 Rheinhausen, Rijnland, Duitse Keizerrijk | |||
Overleden | 16 maart 1945 Altdamm bij Settin (hedendaags: Polen) | |||
Rustplaats | Militaire begraafplaats in Nadrensee-Pomellen[1] | |||
Land/zijde | Duitse Keizerrijk Weimarrepubliek Nazi-Duitsland | |||
Onderdeel | Schutzstaffel | |||
Dienstjaren | 1931 - 1945 | |||
Rang | SS-Standartenführer | |||
Eenheid | Allgemeine-SS | |||
Bevel | SS-Aufklärungs-Abteilung 5 SS-Panzer-Abteilung 10 SS-Panzer-Regiment 10 | |||
Slagen/oorlogen | Tweede Wereldoorlog | |||
|
Otto Paetsch (Rheinhausen, 3 augustus 1909 - Altdamm, 16 maart 1945) was een Duitse officier en SS-Standartenführer (postuum) in de Waffen-SS tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Op 3 augustus 1909 werd Otto Paetsch in Rheinhausen geboren. Hij studeerde theologie aan een evangelische school in Tübingen. In 1931 trad hij tot de Allgemeine-SS toe. In 1934 werd hij bij SS-Standarte "Germania" geplaatst, waar hij op 20 april 1936 tot SS-Untersturmführer werd bevorderd. Aansluitend werd hij Zugführer (pelotonscommandant) bij het 15. / SS-Standarte "Germania". Op 20 april 1940 werd Paetsch tot SS-Hauptsturmführer bevorderd. Als chef van het 15. / SS-Regiment "Germania" nam hij deel aan de Slag om Frankrijk. Eind 1940 werd Paetsch als Ic (3e Generale Stafofficier) van het nieuw opgerichte SS-Division "Wiking" benoemd. Vanaf juni 1941 vocht hij in Rusland tijdens Operatie Barbarossa. Vanaf december 1941 voerde hij het commando over de SS-Aufklärungs-Abteilung 5. Op 20 april 1942 werd Paetsch tot SS-Sturmbannführer bevorderd. Voor dapperheid te velde, werd hij op 24 april 1943 met het Duitse Kruis in goud onderscheiden. Aansluitend werd hij tot commandant van het SS-Panzer-Abteilung 10 benoemd. Op 9 november 1943 werd hij tot SS-Obersturmbannführer bevorderd. Op 3 oktober 1943 werd hij tot commandant van het SS-Panzer-Regiment 10 benoemd. Vanaf juni 1944 voerde hij zijn regiment tijdens Operatie Overlord aan. Hierbij onderscheidde hij zich hier vooral met bijzondere gevechtshandelingen. Voor deze gevechtshandelingen en successen bij Avranches, en de uitbraak uit de Zak van Falaise werd hij op 23 augustus 1944 met het Ridderkruis van het IJzeren Kruis onderscheiden. In de herfst van 1944, vocht hij met zijn regiment tijdens de Slag om Arnhem en in het begin van 1945 in het Neder-Elzas. Vanaf midden februari 1945 voerde Paetsch zijn regiment aan tijdens gevechten in Achter-Pommeren. Op 16 maart 1945 raakte hij bij Altdamm voor de 11e keer gewond. Voor de succesvolle tankgevechten in het bruggenhoofd van Hagenau en in de omgeving van Stettin ontving hij op 4 mei 1945 postuum het Eikenloof bij het Ridderkruis van het IJzeren Kruis. Hij werd ook tot SS-Standartenführer bevorderd.
Otto Paetsch ligt op de militaire begraafplaats in Nadrensee-Pomellen begraven.