Met het rebound-effect wordt in de energie-economie bedoeld dat een efficiëntieverbetering in technologie leidt tot een kleinere efficiëntieverbetering in werkelijke energiebesparing of hulpbronnenbesparing dan de potentiële besparing. Hoewel de theorie zich meestal richt op technologische vooruitgang op het gebied van energieconsumptie, kan het gebruikt worden voor andere natuurlijke hulpbronnen en arbeid.
Het effect wordt meestal uitgedrukt als de ratio van de 'verloren' besparing en de verwachte besparing. Zo kan een efficiëntieverbetering van 5% leiden tot een afname van brandstofgebruik van 2% als er bijvoorbeeld -door lagere kosten per kilometer- meer kilometers wordt gereden. Het rebound-effect hiervoor zou (5-2)/5 = 60% zijn. De andere 3% zou verloren kunnen zijn door langer of verder rijden.
Er zijn drie situaties mogelijk: