Rudi Fuchs | ||||
---|---|---|---|---|
Rudi Fuchs (1985)
| ||||
Algemene informatie | ||||
Volledige naam | Rudolf Herman Fuchs | |||
Geboren | 28 april 1942 | |||
Geboorteplaats | Eindhoven | |||
Land | Nederland | |||
Beroep | kunsthistoricus, museumdirecteur | |||
Dbnl-profiel | ||||
|
Rudolf Herman (Rudi) Fuchs (Eindhoven, 28 april 1942) is een Nederlands kunsthistoricus. Binnen Nederland is hij het bekendst als voormalig directeur van het Stedelijk Museum in Amsterdam. Internationaal verwierf hij bekendheid als organisator van Documenta 7 te Kassel.
Fuchs studeerde van 1967 tot 1975 kunstgeschiedenis aan de Universiteit Leiden en kreeg daar na zijn afstuderen een positie als wetenschappelijk medewerker aan het Kunsthistorisch Instituut. In 1975 werd hij directeur van het Van Abbemuseum in Eindhoven. Tussen 1987 en 1993 was hij directeur van het Haags Gemeentemuseum. Vervolgens werd hij in februari 1993 directeur van het Stedelijk Museum in Amsterdam, waar hij Wim Beeren opvolgde. Hij werkte daar tot 1 januari 2003. Na het vertrek van Fuchs bij het Stedelijk Museum werd ad interim Hans van Beers directeur, die op zijn beurt in september 2004 werd opgevolgd door Gijs van Tuyl.
In 1967 werd zijn dochter Titia geboren, die later advocaat werd. In 1970 werden de zoons van Fuchs geboren, een tweeling. Een van hen is grafisch ontwerper Rutger Fuchs.
Fuchs was tussen 1984 en 1990 artistiek directeur van het Museo d'Arte Contemporanea in Turijn. In 1982 was hij artistiek directeur van de Documenta 7 in Kassel (Duitsland). Van januari 2005 tot eind 2007 was Fuchs de eerste hoogleraar op de leerstoel Kunstpresentatoren aan de Universiteit van Amsterdam.
Vanaf 1962 is Fuchs tevens actief als kunstcriticus; in eerste instantie schreef hij voor het Eindhovens Dagblad. Vanaf 1967/68 was hij criticus en columnist voor De Gids en voor NRC Handelsblad. Fuchs heeft veel artikelen over Nederlandse en buitenlandse kunstenaars gepubliceerd. Hij is auteur van boeken over onder anderen Karel Appel en Rembrandt en over de Nederlandse schilderkunst. Tussen 2009 en 2022 schreef Fuchs een wekelijks artikel over kunst in De Groene Amsterdammer. In 2011 kreeg hij de Prijs voor de Kunstkritiek.
Fuchs was gastconservator van een groot aantal tentoonstellingen, onder meer van een tentoonstelling in het Paleis voor Schone Kunsten in Brussel, getiteld "Reis van Rudi Fuchs langs de kunst der Lage Landen", waarin het werk van Karel Appel met dat van andere Nederlandse kunstenaars werd vergeleken.
Hij was onder meer curator van de volgende tentoonstellingen:
Bij de musea waarover hij de leiding had, heeft Fuchs zich nauwelijks willen bekommeren om financieel beheer. Hij verliet het Haags Gemeentemuseum in 1993 met achterlating van een exploitatietekort van vier miljoen gulden. Hij had de gemeente van tevoren gewaarschuwd dat hij principieel zou kiezen voor 'de beste kunst' en niet voor de grootste bezoekersaantallen.
Bij het Stedelijk Museum had Fuchs aanvankelijk de algehele leiding, maar later werd zakelijk directeur Stevijn van Heusden benoemd tot algemeen directeur en Fuchs tot artistiek directeur. Hij vertrok in 2003 bij het Stedelijk Museum in verband met financiële problemen met de uitbreiding. Het oorspronkelijke plan van Álvaro Siza, dat 90 miljoen euro zou kosten, kon niet doorgaan doordat er maar 56,7 miljoen euro beschikbaar was. Fuchs zag erg op tegen de herziening van de plannen en de bouw van de uitbreiding daarna. Het geheel zou nog veel jaren vergen en Fuchs wilde niet zijn laatste periode bij het Stedelijk Museum 'in een bouwput' doorbrengen.
De FIOD onderzocht ten tijde van het afscheid een mogelijke fraude door Fuchs in verband met de invoer van vijf kunstwerken van Karel Appel, die als bruikleen waren bestemd voor het Stedelijk Museum. Het ging om het niet betalen van zes procent btw bij de invoer van de werken. Het afscheidsfeest van Fuchs, dat zou plaatsvinden op 26 april 2003, werd uitgesteld. De misverstanden rond de btw konden door Fuchs worden rechtgezet, maar het feestelijk afscheid was bedorven.