Sarahsaurus

Sarahsaurus
Status: Uitgestorven, als fossiel bekend
Sarahsaurus
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Reptilia (Reptielen)
Superorde:Dinosauria
Orde:Saurischia
Onderorde:Sauropodomorpha
Geslacht
Sarahsaurus
Rowe, Sues & Reisz, 2010
Typesoort
Sarahsaurus aurifontanalis
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Sarahsaurus op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Herpetologie

Sarahsaurus is een plantenetend geslacht van dinosauriërs behorend tot de groep van de Sauropodomorpha dat tijdens het vroege Jura leefde in het gebied van het huidige Arizona.

Vondst en naamgeving

[bewerken | brontekst bewerken]

In 1997 werd door een team van paleontoloog Timothy Rowe bij Gold Spring in Arizona een fossiele vindplaats ontdekt waarin gedurende drie jaar opgravingen werden verricht. Hierbij werden resten aangetroffen van een nog onbekende dinosauriër.

De gevonden postcrania van het holotype

De typesoort Sarahsaurus aurifontanalis werd in 2010 benoemd en beschreven door Rowe, Robert R. Reisz, en Hans-Dieter Sues. De geslachtsnaam eert de Texaanse filantrope Sarah Butler die de opgravingen gefinancierd heeft. De soortaanduiding is afgeleid van het Latijnse aurum, "goud" en fontanalis, "van de bron", een verwijzing naar Gold Spring.

Het holotype, TMM 43646-2 bestaat uit een vrij compleet skelet met schedel van een volwassen dier, gevonden in een laag van het Sinemurien - Pliensbachien. Een tweede skelet zonder schedel uit dezelfde vindplaats, TMM 43646-3, is het paratype. Specimen MCZ 8893, een schedel met fragmentarisch postcraniaal skelet uit de collectie van het Museum of Comparative Zoology, deel van Harvard University, is aan de soort toegewezen. Het werd tussen 1975 en 1978 opgegraven bij de Rock Head van Noord-Arizona en oorspronkelijk toegewezen aan een Massospondylus sp.

In 2018 werd het skelet meer in detail beschreven.

De schedel van het holotype

Sarahsaurus is een vrij kleine basale sauropodomorf met een lengte van 4,2 meter en een gewicht van 113 kilogram. Sarahsaurus heeft een vrij brede en platte kop, een lange nek, een lange staart, sterke korte armen en rechte benen.

Er staan vier tanden in de praemaxilla, zestien in de maxilla en twintig in het dentarium. Sarahsaurus heeft tien halswervels, veertien ruggenwervels, drie sacrale wervels en ongeveer vijftig staartwervels. De ruggenwervels hebben geen pleurocoelen, zijdelingse uithollingen die zouden duiden op luchtzakken. De hand draagt een enorme duimklauw.

In de details van de bouw toont Sarahsaurus een uitzonderlijk grote unieke combinatie van eigenschappen die hem van direct verwante soorten onderscheidt. Uniek voor de ruimere groep van de Sauropodomorpha zijn daaronder de volgende kenmerken: een lage verheffing tussen de richels van de schedelbasis met voorin een groeve; horizontale zijplaten op de doornuitsteeksels van de ruggenwervels, een formule van de vingerkootjes van 2-3-4-2-2 (uniek is hier dat er twee kootjes zijn in de vijfde vinger); de aanwezigheid van een dubbele opening in het hoofdlichaam van het schaambeen. Deze kenmerken kunnen in ieder geval gelden als autapomorfieën die nieuw bij de soort geëvolueerd zijn.

In 2018 werd daar nog een autapomorfie aan toegevoegd: het gewrichtsvlak van het eerste middenhandsbeen aan de zijde van de pols ligt op één lijn met de gewrichtsvlakken van de andere middenhandsbeenderen.

Daarnaast bleek er in 2018 een unieke combinatie te zijn van op zich niet unieke kenmerken. De bovenste breedte van het eerste middenhandsbeen ligt tussen de 65 en 80% van de lengte van het element. Het tweede en derde middenhandsbeen hebben onderaan diepe putten voor de gewrichtskapsels van de strekkende spier.

De hersenpan

De beschrijvers voerden verschillende exacte kladistische analyses uit om de plaats van Sarahsaurus in de stamboom vast te stellen. Daarbij bleek die positie enigszins te variëren wat het moeilijk maakte te bepalen welke verdere eigenschappen zich als autapomorfie nieuw bij de soort ontwikkeld hadden. In alle gevallen viel Sarahsaurus vrij hoog in de stamboom uit. In één analyse stond hij net onder Anchisaurus welke soort zelf het zustertaxon was van de Sauropoda. In een andere analyse was Sarahsaurus zelf een zeer basale sauropode.

De gevonden stamboom met zijn vele successievelijke afsplitsingen van soorten die in Noord-Amerika zijn aangetroffen, is volgens de beschrijvers het bewijs voor een aantal opeenvolgende immigratiegolven vanuit het zuiden van het supercontinent Pangaea naar het noorden. Daar zouden zich steeds uitstervingsgolven hebben voorgedaan waarna de fauna weer vanuit het zuiden aangevuld werd. Dit proces zou ook de dominantie van de dinosauriërs veroorzaakt hebben.

Het volgende kladogram toont een mogelijke positie van Sarahsaurus in de evolutionaire stamboom.

Plateosauria 
Plateosauridae 

Unaysaurus


 Plateosaurus 

P. gracilis (= Sellosaurus)




P. engelhardti



P. ingens






Riojasauridae 

Riojasaurus



Eucnemesaurus






Sarahsaurus



Ignavusaurus




Massospondylidae 


Massospondylus




Leyesaurus



Adeopapposaurus






Coloradisaurus



Glacialisaurus



Lufengosaurus






Jingshanosaurus




Yunnanosaurus




Seitaad



Anchisauria









De nieuwe beschrijving uit 2018 maakte een verbeterde stamboom mogelijk. Daarin bleek Sarahsaurus de zustersoort van Adeopapposaurus.

De beschrijvers stelden dat Sarahsaurus met zijn sterke armen, handen en handklauwen wortels en knollen opgroef. De rechte dijbenen van de sauropoden zijn vaak verklaard als een aanpassing om het lichaamsgewicht te dragen. Bij Sarahsaurus is dat gewicht echter tamelijk beperkt maar het dijbeen toch recht. Dit kenmerk zou dus een speciale aanpassing zijn, wellicht aan een zich schrap zetten om planten los te trekken.