Dorp in Nederland | |||
---|---|---|---|
Situering | |||
Provincie | Limburg | ||
Gemeente | Landgraaf | ||
Coördinaten | 50° 54′ NB, 6° 1′ OL | ||
Algemeen | |||
Oppervlakte | 1,4 km² | ||
Inwoners (2020) |
15.945 | ||
Foto's | |||
De 17e-eeuwse kerk H.H. Petrus en Paulus in het dorpscentrum van Schaesberg, 2009 | |||
|
Schaesberg (Limburgs: D'r Sjeet) is een dorpskern en voormalige gemeente in Nederlands-Limburg, die in 1982 is samengevoegd met Nieuwenhagen en Ubach over Worms (Waubach en Rimburg) tot de gemeente Landgraaf.
Ten noorden van Schaesberg lag de Romeinse villa Landgraaf-Schaesberg aan de noordwestzijde van de heuvelrug (met daarop de Leenderkapel) dat een uitloper is van het Plateau van Nieuwenhagen. Schaesberg zelf ligt ook op dit plateau, met aan de oostzijde het Strijthagerbeekdal en aan de westzijde het Bekken van Heerlen.
Het dorp, dat ook als Scheijdt bekend stond, ontwikkelde zich vanaf de 17e eeuw. Het lag tussen Kasteel Strijthagen en Kasteel Schaesberg in. In 1618 werd Schaesberg een zelfstandige heerlijkheid
De heerlijkheid Schaesberg maakte deel uit van het Land van Valkenburg. Na de Vrede van Münster in 1648 waren de Landen van Overmaas nog niet verdeeld tussen Spanje en Nederland, dit gebeurde pas in het Partagetraktaat van 1661. De katholiek Johan Frederik van Schaesberg slaagde erin Schaesberg bij de Spaanse Nederlanden onder te brengen, waardoor Schaesberg een Spaanse enclave in Staats Overmaas werd. Na de Spaanse Successieoorlog werd Schaesberg in 1713 Oostenrijks. Bij het Verdrag van Fontainebleau (1785) ging Schaesberg over van Oostenrijk naar de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.
In 1896 werd in het noorden van Schaesberg de spoorlijn van Sittard via Heerlen naar Herzogenrath in gebruik genomen.
Begin 20e eeuw vestigde zich een grote kolenmijn in Schaesberg: de particuliere Oranje-Nassau II. Voor het vervoer van steenkool (en later ook van personen) werd in 1934 een baanvak van Schaesberg over Kerkrade-Centrum naar Simpelveld in gebruik genomen. De kosten voor dit treintraject waren dermate hoog (twaalf miljoen gulden voor twaalf kilometer) dat de lijn de bijnaam 'Miljoenenlijntje' kreeg. Een andere belangrijke mijn was Staatsmijn Wilhelmina.
Voor huisvesting van de mijnwerkers werd de mijnkolonie Leenhof (1914-1918) aangelegd in de voor Nederland unieke Lotharingse stijl. Een gedeelte ervan is beschermd stadsgezicht. De Oranje-Nassau II sloot in 1971. Ook andere kolonies ontstonden: Eikske, Aan de Slagboom, en Kakert. Ook in de 2e helft van de 20e eeuw werden nog wijken gebouwd en werd infrastructuur aangelegd. Vanaf 1965 werden de mijnen in snel tempo gesloten en werden de uitgestrekte mijnterreinen omgevormd tot bedrijventerrein, woonwijk of park. In Schaesberg herinneren onder andere het Sint-Barbarabeeld en het Mijnmonument Schaesberg aan het mijnverleden.
De 225 meter hoge Wilhelminaberg is een mijnsteenberg die is ontstaan als gevolg van de winning van steenkool in de staatsmijn Wilhelmina in het naburige Terwinselen (1906-1969).
In 1958 ging de buurtschap Palemig over van de gemeente Schaesberg naar de gemeente Heerlen. In 1982 ging Schaesberg op in de gemeente Landgraaf.
Schaesberg ligt op het Plateau van Schaesberg, een rug die het Plateau van Nieuwenhagen verbindt met het zuidelijker gelegen Plateau van Spekholzerheide op een hoogte van ongeveer 150 meter. Bij de Winselerhof ontspringt te Strijthagerbeek, welke in noordelijke richting stroomt en uitmondt in de Anselerbeek. Het landschap is sterk gewijzigd door steenkoolmijnen en verstedelijking, maar enkele hellingbossen zijn nog aanwezig langs de beek, en ten noorden van de wijk Leenhof met het Kapellerbos op de Leenderberg. Ook de Wilhelminaberg, een terril, is met een hoogste punt van ruim 239 meter, een belangrijk element in het landschap.
De expressionistische schilder en graficus Aad de Haas (1920–1972) woonde en werkte de laatste twintig jaar van zijn leven in Kasteel Strijthagen.
Nieuwenhagen, Heerlen, Spekholzerheide, Eygelshoven