Sethus Calvisius, eigenlijk Seth Kalwitz (Gorsleben, 21 februari 1556 - Leipzig, 24 november 1615) was componist, muziektheoreticus en cantor in Schulpforta en Leipzig en bovendien astronoom en wiskundige.
Zijn vader was landarbeider. Calvisius leerde het handwerk van wever. Toch zag hij kans in 1569 de school van Frankenhausen en vanaf 1572 de school in Maagdenburg te bezoeken. In Maagdenburg bedelde hij en wist hij door werkzaamheden voor de kerk aan het geld voor zijn studie te komen. Vanaf 1579 studeerde hij met een beurs van keurvorst August van Saksen aan de universiteit van Helmstedt en vanaf 1580 aan de Universiteit van Leipzig. Daar hield hij zich bezig met geschiedenis, wiskunde en sterrenkunde. Hij was zo intensief met muziek bezig, dat hij het jaar erop dirigent van het koor van de Paulinerkirche werd. Met een aanbeveling van Nikolaus Selnecker en de gehele theologische faculteit van de Universiteit van Leipzig werd hij in november 1582 cantor aan de Landesschule Pforta, waar hij onder andere het zingen van een motet bij de gezamenlijke maaltijden invoerde. Daarnaast werkte hij als docent, niet allen op het gebied van muziek, maar hij gaf ook les in het Latijn en geschiedenis. In 1594 keerde hij terug naar Leipzig, waar hij Thomascantor werd, verbonden aan de Thomasschule en de Thomaskirche. Hij bleef in Leipzig en ging niet in op de mogelijkheden die hem werden geboden om hoogleraar wiskunde aan universiteiten van Wittenberg en Frankfurt (Oder) te worden. Als sterrenkundige is zijn belangrijkste werk „Opus Chronologicum ubi tempus astronomicum per motus et eclipses luminarium celestium“ (de titel van de 5e editie, 1650). De eerste editie was in 1601. Het werk werd zes maal opnieuw uitgegeven.