Slaapkamergeluk | |||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||||||
Soleirolia soleirolii (Req.) Dandy (1965) | |||||||||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||||||||
Slaapkamergeluk op Wikispecies | |||||||||||||||||||
|
Slaapkamergeluk (Soleirolia soleirolii; basioniem: Helxine soleirolii) is een vaste plant die behoort tot de brandnetelfamilie (Urticaceae). De soort staat als nieuwe plant in Nederland in de wachtkamer. De plant komt van nature voor op Corsica, de Balearen, Sardinië en in het Middellandse Zeegebied. In Nederland is de soort verwilderd. De plant wordt ook gebruikt als kamerplant.
De plant wordt 2-5 cm hoog en is een goede bodembedekker. De draaddunne, glazig-doorzichtige stengels kunnen tot 50 cm lang worden en wortelen op de knopen. De 5-7 mm grote bladeren zijn hartvormig, niervormig of rond.
Slaapkamergeluk bloeit in juli en augustus met witroze, okselstandige bloemen.
De vrucht is een nootje.
De plant komt voor in stedelijke gebieden en kan zich gemakkelijk vegetatief vermeerderen.