De Wereldkampioenschappen kunstschaatsen 1959 werden gevormd door vier toernooien die door de Internationale Schaatsunie werden georganiseerd.
Voor de mannen was het de 50e editie, voor de vrouwen de 40e, voor de paren de 38e en voor de ijsdansers de achtste editie. De kampioenschappen vonden plaats in Colorado Springs, Verenigde Staten. Colorado Springs was voor de tweede keer gaststad voor de WK toernooien, in 1957 vonden de vier toernooien hier ook plaats. De Verenigde Staten was voor de derde keer het gastland, in 1930 vonden de kampioenschappen voor mannen, vrouwen en paren in New York plaats.
Er namen deelnemers uit elf landen deel aan deze kampioenschappen. Zij vulden 45 startplaatsen in. Voor Nederland kwamen Sjoukje Dijkstra en Joan Haanappel uit bij de vrouwen.
Verenigde Staten (14) Canada (10) Oostenrijk (4) West-Duitsland (4) |
Frankrijk (3) Verenigd Koninkrijk (3) Italië (2) Nederland (2) |
Japan (1) Tsjecho-Slowakije (1) Zwitserland (1) |
Bij de mannen prolongeerde de Amerikaan David Jenkins de wereldtitel, de derde oprij. Het was het zijn vijfde medaille oprij, in 1955 en 1956 won hij brons. De Canadees Donald Jackson won de zilveren medaille, hij stond voor het eerst op het erepodium. De Amerikaan Tim Brown stond voor de derde opeenvolgende keer op het erepodium, in 1957 en 1958 werd hij tweede, dit jaar derde.
Bij de vrouwen prolongeerde de Amerikaanse Carol Heiss de wereldtitel, haar vierde titel oprij. Het was haar vijfde opeenvolgende medaille, in 1955 werd ze tweede. De Oostenrijkse Hanna Walter op plaats twee nam voor de tweede keer plaats op het erepodium, in 1958 werd ze derde. Sjoukje Dijkstra veroverde met de derde plaats de eerste medaille voor Nederland in een van de vier WK toernooien.
Bij de paren prolongeerde het Canadese paar Barbara Wagner / Robert Paul de wereldtitel, hun derde titel oprij, het was ook hun derde medaille. Van het Duitse paar op plaats twee veroverde Marika Kilius haar derde medaille, in 1956 (derde) en 1957 (tweede) deed ze dit met schaatspartner Franz Ningel, dit jaar deed ze dit met Hans Jürgen Bäumler die voor de eerste keer op het WK podium plaats nam. Het Canadese paar Nancy Ludington-Rouillard / Ronald Ludington stond ook voor het eerst op het podium.
Bij het ijsdansen werden Doreen Denny / Courtney Jones het vierde paar die de wereldtitel bij het ijsdansen veroverden, eveneens het vierde Britse paar. Courtney Jones stond voor de vierde opeenvolgende keer op het erepodium, in 1956 werd hij tweede en in 1957 en 1958 wereldkampioen met ijsdanspartner June Markham. Net als in 1958 veroverde het Amerikaanse paar Andree Jacoby-Anderson / Donald Jacoby de zilveren medaille, het was hun tweede medaille. Het Canadese paar Geraldine Fenton / William McLachlan werden na hun tweede plaatsen in 1957 en 1958 dit jaar derde, het was hun derde medaille.
Discipline | |||
---|---|---|---|
Mannen | David Jenkins | Donald Jackson | Tim Brown |
Vrouwen | Carol Heiss | Hanna Walter | Sjoukje Dijkstra |
Paren | Barbara Wagner / Robert Paul | Marika Kilius / Hans Jürgen Bäumler | Nancy Ludington-Rouillard / Ronald Ludington |
IJsdansen | Doreen Denny / Courtney Jones | Andree Jacoby-Anderson / Donald Jacoby | Geraldine Fenton / William McLachlan |
Mannen[bewerken | brontekst bewerken]Er namen dertien mannen uit acht landen deel, waaronder twee debutanten. Edward Collins nam tevens deel bij de paren.
|
Vrouwen[bewerken | brontekst bewerken]Er namen vijftien vrouwen uit zeven landen mee, waaronder drie debutanten.
|
Paren[bewerken | brontekst bewerken]Er namen acht paren uit vier landen deel. Van de vier debuterende paren nam Franz Ningel in 1955, 1956 en 1957 deel met Marika Kilius. Ronald Ludington nam dit jaar met schaatspartner Judy Lamar ook deel bij het ijsdansen.
|
IJsdansen[bewerken | brontekst bewerken]Er namen negen paren uit vier landen deel. Van de vijf debuterende paren nam Courtney Jones in 1956, 1957 en 1958 deel met June Markham, nam Edward Collins in 1958 (evenals dit jaar) solo deel bij de mannen en nam Ronald Ludington in 1957 en 1958 (evenals dit jaar) deel met Nancy Ludington-Rouillard bij de paren.
|