Ben Bot | ||||
---|---|---|---|---|
Ben Bot in 2007
| ||||
Algemeen | ||||
Volledige naam | Bernard Rudolf Bot | |||
Geboren | 21 november 1937 | |||
Geboorteplaats | Batavia (Nederlands-Indië) | |||
Partij | CDA | |||
Titulatuur | mr.dr. | |||
Functies | ||||
1973–1976 | Ambassadeur voor Oost-Duitsland | |||
1982–1986 | Plaatsvervangend ambassadeur voor NAVO | |||
1986–1989 | Ambassadeur voor Turkije | |||
1989–1992 | Secretaris-generaal van het ministerie van Buitenlandse Zaken | |||
1992–2003 | Ambassadeur voor de Europese Unie | |||
2003–2007 | Minister van Buitenlandse Zaken | |||
2004 | Voorzitter van de Raad Buitenlandse Zaken | |||
|
Bernard Rudolf (Ben) Bot (Batavia (Nederlands-Indië), 21 november 1937) is een Nederlands voormalig politicus, bestuurder, oud-ambtenaar en voormalig diplomaat. Bot was tussen 1973 en 2003 werkzaam als ambassadeur en topambtenaar op het ministerie van Buitenlandse Zaken. Hij was minister van Buitenlandse Zaken in de kabinetten Balkenende II en III van 2003 tot 2007. Bot was voorzitter van het Instituut Clingendael van 2007 tot 2015. Hij is werkzaam als bestuurder en lobbyist.
Hij is een zoon van Theo Bot, KVP-minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen in het kabinet-Marijnen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zat hij in een Japans interneringskamp in Nederlands-Indië. Hij studeerde rechten aan de Rijksuniversiteit Leiden en aan de Harvard Law School (Cambridge, Massachusetts, VS). In 1968 promoveerde hij cum laude in de rechtsgeleerdheid aan de Rijksuniversiteit Leiden.
In 1964 werd hij tweede ambassadesecretaris bij de permanente vertegenwoordiging van Nederland bij de Europese Gemeenschap in Brussel. Hij was van 1973 tot 1976 de eerste Nederlandse ambassadeur in Oost-Berlijn. Hij was plaatsvervangend permanent vertegenwoordiger bij de NAVO van 1982 tot 1986, ambassadeur in Ankara van 1986 tot 1988, en Secretaris-generaal van het ministerie van Buitenlandse Zaken van 1989 tot 1992. Van 1992 tot 2003 was Bot permanent vertegenwoordiger van Nederland bij de Europese Unie in Brussel.
Na zijn pensionering bij Buitenlandse Zaken (op 1 januari 2003) werd Bot partner bij het lobbykantoor Praaning Meines in Brussel. In maart 2007 werd hij partner van consultancyfirma Meines Holla & Partners in Den Haag.
Op 3 december 2003 volgde Bot Jaap de Hoop Scheffer op als minister van Buitenlandse Zaken die vertrok in verband met zijn benoeming tot secretaris-generaal van de NAVO.
Bot werd gevraagd vanwege het naderend Nederlands voorzitterschap van de Europese Unie (EU). Door zijn grote ervaring in Brussel had hij weinig inwerktijd nodig en kon hij goed op de rijdende trein springen. Zijn benoeming bleek een gouden greep toen premier Balkenende tijdens het voorzitterschap enige tijd in het ziekenhuis was opgenomen wegens een infectie aan zijn voet. Hoewel Bot nog geen akkoord bereikte over de financiering van de EU en de uitbreiding met de Midden- en Oosteuropese landen, behoedde hij Den Haag voor een mislukt voorzitterschap.
Bot ijverde gedurende zijn ministerschap voor de toetreding van Turkije tot de EU.[1] Ook het voorstel voor een Grondwettelijk Verdrag voor de Europese Unie had zijn warme steun.[2]
Na zijn ministerschap aanvaardde Bot een aantal hoge functies op het terrein van het buitenlands beleid. Zo werd hij voorzitter van het Instituut Clingendael (2007-2015), voorzitter van de Raad van Toezicht van het Nederlands Instituut voor Meerpartijendemocratie (NIMD) (tot 1 januari 2018) en voorzitter van de Carnegie Stichting (tot april 2019), de beheerder van het Vredespaleis. Daarnaast is Bot voorzitter van de Raad van Commissarissen van Finles Capital Management en voorzitter van de Raad van Commissarissen van Radio Nederland Wereldomroep.
In 2015 verschenen zijn memoires, Achteraf bezien.[3]
Tijdens de Mandeville-lezing op 21 mei 2008 aan de Erasmus Universiteit pleitte Bot voor radicale uitbreiding van de Europese Unie. Als minister van Buitenlandse Zaken in het kabinet Balkenende III toonde hij zich eerder terughoudend. Bot schreef in een brief aan de Tweede Kamer in 2006: "De Europese Unie dient voorlopig geen toekomstperspectief aan te bieden aan buurlanden van de Europese Unie die dit thans niet hebben." Nu hij geen deel meer uitmaakt van een kabinet, meent Bot dat hij zich niet langer gehouden weet aan gevoerd beleid waarbij wordt uitgegaan van handhaving van de status quo: "Als minister had ik dit natuurlijk nooit kunnen zeggen. Dan heb je je aan de lijn te houden dat alles goed is zoals het op dit moment is." Bot stelt dat het nuttig is "de knuppel in het hoenderhok te gooien" en de EU te zien als een gemeenschap van normen en waarden, en niet als een geografisch min of meer duidelijk afgebakend continent. Hij denkt dat uitbreiding met landen op de Kaukasus en staten die onderdeel vormen van de Euromed zoals Marokko, Algerije en Tunesië, gunstig kan zijn omdat zij als onderdeel van de Unie dan volgens dezelfde normen en waarden zouden gaan handelen.[4]
In juni 2015 ontstond er een controverse rond Bot toen duidelijk werd dat hij bij het Openbaar Ministerie had gelobbyd voor Ismael Abudher, een zakenman uit de clan rond Khadaffi die verdacht wordt van witwassen, fraude en het wegsluizen van 28,5 miljoen dollar uit Libische staatsfondsen. Het OM had beslag gelegd op bezittingen van Abudher. In brieven aan de hoofdofficier van het Functioneel Parket had Bot aangedrongen op het opheffen van dat beslag en om ruimere informatie aan de verdachte over het onderzoek. Bot deed dat niet namens de lobbyfirma Meines Holla & Partners waarvoor hij doorgaans werkte, maar 'als burger', in opdracht van Londense advocaten, via een eigen BV via welke hij zich liet betalen door de verdachte zakenman. NRC Handelsblad meent dat Bot daarmee in feite teerde op zijn reputatie als oud-minister en oud-diplomaat en dat daarmee de schijn van politieke beïnvloeding was gewekt. Zulks ten faveure van een controversiële familie die ook in de VS, Zwitserland en Noorwegen onderwerp is van strafrechtelijk onderzoek.[5][6][7][8] Toen NRC Handelsblad via de Wet openbaarheid van bestuur de brieven van Bot aan het OM openbaar wilde maken, trachtte Bot dat via een kort geding te voorkomen, doch verloor.[9]
Bot is weduwnaar, heeft drie kinderen en woont nu samen met collega-minister uit de kabinetten Balkenende II en III oud-VVD politica Sybilla Dekker.
Voorganger: J.G. de Hoop SCheffer |
Minister van Buitenlandse Zaken 2003–2007 |
Opvolger: M.J.M. Verhagen |
Voorganger: E.F. Jacobs |
Secretaris-generaal van het Ministerie van Buitenlandse Zaken 1988-1991 |
Opvolger: D.J. van den Berg |
Voorganger: Brian Cowen |
Voorzitter Raad Buitenlandse Zaken 2004 |
Opvolger: Jean Asselborn |