In haar tienerjaren studeerde zij met Elsa Blank, voordat ze in 1948 haar operadebuut maakte als Philine in de opera Mignon van de FransecomponistAmbroise Thomas. Binnen tien jaar behoorde zij tot de vaste groep van klassieke zangeressen, die in heel Duitsland optraden. Ze werd beroemd met haar coloratuursopraan in opera's van Mozart, in het bijzonder als de "Königin der Nacht" in Die Zauberflöte. Bekendheid bij het grote publiek kreeg ze door rollen in opera's en operettes van Franz Lehár, Albert Lortzing, Robert Stolz en Johann Strauss.
Op 61-jarige leeftijd kreeg ze een niet te genezen vorm van kanker. Ze overleed op 20 februari 1989 en werd op 23 februari 1989 begraven op het oude kerkhof van haar geboorteplaats Darmstadt door de bisschop van Speyer, Anton Schlembach. De voormalige minister-president van Rijnland-Palts, Bernhard Vogel, sprak een woord van rouw.
Adolphe Adam: Die Nürnberger Puppe (Duitse taal): medewerkenden: Sanders Schier (Cornelius), Jakob Rees (Benjamin), Amon Lembach (Heinrich), Erika Köth (Berta), koor en orkest van de Frankfurter Rundfunk (Südwestfunk-orkest), Kurt Schröder (dirigent), radio-uitzending van 2 maart 1962. (Line Music 2018)
Gaetano Donizetti: Don Pasquale met Josef Traxel
Gaetano Donizetti: Lucia di Lammermoor met Rudolf Schock
Wolfgang Amadeus Mozart: Entführung aus dem Serail Volledige opname, 1965, onder Eugen Jochum; als Konstanze
Giuseppe Verdi: Rigoletto met Rudolf Schock
Richard Wagner: Die Walküre Volledige opname, 1954, onder Wilhelm Furtwängler; als Helmwige
Richard Wagner: Siegfried Volledige opname, Bayreuther Festspiele 1966 (live), onder Karl Böhm; als stem van de bosvogel