De Europese Kampioenschappen kunstschaatsen zijn wedstrijden die samen een jaarlijks terugkerend evenement vormen, georganiseerd door de Internationale Schaatsunie (ISU).
De kampioenschappen van 1981 vonden van 3 tot en met 8 februari plaats in de Olympiahal te Innsbruck. Het was de eerste keer dat de kampioenschappen in Innsbruck plaatsvonden en de elfde keer dat ze in Oostenrijk plaatsvonden. Eerder vonden er negen EK’s plaats in Wenen (1892, 1894, 1901, 1914, 1927, 1931 voor de mannen, 1930 voor de vrouwen en paren, en 1952, 1957) en één EK in Seefeld (Tirol) (1934 voor de mannen).
Voor de mannen was het de 73e editie, voor de vrouwen en paren was het de 45e editie en voor de ijsdansers de 28e editie.
De Duitse en Oostenrijkse schaatsbond, verenigd in de "Deutscher und Österreichischer Eislaufverband", organiseerden zowel het eerste EK Schaatsen voor mannen als het eerste EK Kunstschaatsen voor mannen in 1891 in Hamburg, in toen nog het Duitse Keizerrijk, nog voor het ISU in 1892 werd opgericht. De internationale schaatsbond nam in 1892 de organisatie van het EK kunstschaatsen over. In 1895 werd besloten voortaan het WK kunstschaatsen te organiseren en kwam het EK te vervallen. In 1898, na twee jaar onderbreking, vond toch weer een herstart plaats van het EK kunstschaatsen.
De vrouwen en paren zouden vanaf 1930 jaarlijks om de Europese titel strijden. De ijsdansers streden vanaf 1954 om de Europese titel in het kunstschaatsen.
Er namen deelnemers uit achttien landen deel aan deze kampioenschappen. Zij vulden het aantal van 70 startplaatsen in de vier disciplines in.
Voor België nam Editha Dotson voor de tweede keer deel in het vrouwentoernooi. Voor Nederland debuteerden Rudina Pasveer in het vrouwentoernooi en Marianne van Bommel / Wayne Deweyert bij het ijsdansen.
(Tussen haakjes het totaal aantal startplaatsen over de disciplines.)
Sovjet-Unie (10) Verenigd Koninkrijk (8) West-Duitsland (6) DDR (5) Frankrijk (4) |
Italië (4) Joegoslavië (4) Tsjecho-Slowakije (4) Zweden (4) Zwitserland (4) |
Oostenrijk (3) Polen (3) Bulgarije (2) Finland (2) |
Hongarije (2) Nederland (2) Spanje (2) België (1) |
Bij de mannen stonden de drie medaillewinnaars voor de eerste keer op het erepodium bij het EK Kunstschaatsen. Igor Bobrin werd de 30e Europees kampioen en de tweede kampioen uit de Sovjet-Unie na Vladimir Kovalev (1975). Jean-Christophe Simond was na Alain Giletti (negen medailles), Alain Calmat (zes medailles) en Patrick Péra (drie medailles) de vierde Fransman die op het EK podium plaatsnam. De West-Duitser Norbert Schramm nam de derde positie in.
Bij de vrouwen werd Denise Biellmann de 21e Europees kampioene en de eerste Zwitserse vrouw die deze titel veroverde. In 1947 had Hans Gerschwiler bij de mannen de eerste Europese titel voor Zwitserland behaald. Het was haar tweede medaille, in 1979 werd ze derde. Sanda Dubravcic, op de tweede plaats, veroverde de eerste medaille voor Joegoslavië bij het EK Kunstschaatsen. De Oostenrijkse Claudia Kristofics-Binder stond ook voor de eerste keer op het erepodium.
Bij de paren veroverde voor het zeventiende opeenvolgende jaar een Sovjet paar de Europese titel. Irina Vorobieva / Igor Lisovski waren het achttiende paar en het vijfde Sovjet paar die de Europese titel veroverden. Het was als paar hun tweede medaille, in 1979 werden ze tweede. Voor Vorobieva was het haar vierde medaille, in 1976 werd ze derde en in 1977 tweede met Alexandr Vlasov. Het West-Duitse paar op de tweede plaats, Christina Riegel / Andreas Nischwitz, behaalden hun eerste EK medaille. De Europees kampioenen van 1979, het paar Marina Cherkasova / Sergei Shakhrai, stonden op de derde plaats. Het was hun vijfde medaille, in 1977 werden ze ook derde en in 1978 en 1980 tweede.
Bij het ijsdansen werden Jayne Torvill / Christopher Dean het dertiende paar en het zevende Britse paar die de Europese titel veroverden. Het was hun eerste EK medaille. Het paar op de tweede plaats, Irina Moiseeva / Andrei Minenkov, veroverden hun zesde medaille, in 1977 en 1978 werden ze Europees kampioen, in 1976 en 1979 tweede en in 1980 derde. Het paar op de derde plaats, Natalja Linitsjoek / Gennadi Karponossov stonden voor de achtste opeenvolgende keer op het erepodium, vijf keer op plaats drie (1974-1977 en dit jaar), in 1978 op plaats twee en in 1979 en 1980 werden ze Europees kampioen.
Mannen[bewerken | brontekst bewerken]Er deden 21 mannen uit veertien landen mee. De meeste deelnames stond dit jaar achter Thomas Oberg die voor de achtste keer deelnam. Jose Antonio Rodrigo was de eerste Spanjaard die aan het mannentoernooi deelnan.
|
Vrouwen[bewerken | brontekst bewerken]Er deden 24 vrouwen uit zestien landen mee. De meeste deelnames stond dit jaar achter de Europees kampioene Denise Biellmann, Sanda Dubravcic en Kristiina Wegelius die voor de vijfde keer deelnamen.
|
Paren[bewerken | brontekst bewerken]Er deden zes paren uit vier landen mee. De meeste deelnames stond dit jaar achter Andreas Nischwitz en het paar Marina Cherkasova / Sergei Shakhrai die voor de vijfde keer deelnamen. Knut Schubert nam in 1974 deel met Katja Schubert en dit jaar met Birgit Lorenz.
|
IJsdansen[bewerken | brontekst bewerken]Er deden negentien paren uit twaalf landen mee. De meeste deelnames stond dit jaar achter Gennadi Karponossov die voor de twaalfde keer deelnam (van 1969-1972 met Elena Zharkova en van 1974-1981 met Natalja Linitsjoek) aan het EK Kunstschaatsen. Hij was hiermee de derde persoon die twaalf keer aan het EK deelnam, Alain Calmat (tussen 1954 en 1965) was de eerste en paarrijdster Irina Rodnina (tussen 1967 en 1980) was de tweede.
|