Johann Schrammel (Wenen, 22 mei1850 – aldaar, 17 juni1893) was een Oostenrijkscomponist en musicus. Hij was de zoon van de klarinettist Kaspar Schrammel en zijn tweede echtgenote Aloisia Ernst; de muzikant Josef Schrammel was zijn jongere broer.
Schrammel werd geboren Neulerchenfeld, nu een wijk van Wenen. Hij kreeg zijn eerste muzieklessen van zijn vader. Op 6-jarige leeftijd kon hij in de kerkkoor van Neulerchenfeld mee zingen. Vanaf 1858 kreeg hij vioollessen van Ernst Melzer, die zelf violist in het orkest van het Carltheater was. Op 6 januari 1861 had Schrammel samen met zijn vader en zijn broer het eerste openbare optreden in het restaurant "Zum goldenen Stuck". Vanaf 1862 studeerde Schrammel aan het Conservatorium in Wenen. Naast zang studeerde hij ook viool bij onder andere Joseph Hellmesberger Sr. en Georg Hellmesberger, alsook bij Karl Heißler.
In juni 1865 verliet hij het conservatorium en werd lid van het orkest van het Harmonietheater en het Theater in der Josefstadt. In het volgende jaar ging Schrammel naar het K. u. K. leger en werd muzikant in de Militaire kapel van het dragonder-regiment Nr. 2 en later bij de militaire kapellen van het Infanterie-Regiment Nr. 32 en het Infanterie-Regiment Nr. 49. Vanaf 1875 was hij Eskadron-trompettist en als muziek-sergeant-majoor werkzaam.
Het Schrammelkwartet in 1890
In 1878 richtte hij samen met zijn broer Josef Schrammel en de gitarist Draskovits een trio op, dat als "D'Nußdorfer" benoemd werd. In 1879 werd Draskovits door Anton Strohmayer vervangen en in hetzelfde jaar werd door de klarinettist Georg Dänzer het beroemde Schrammel-kwartet opgericht. Het kwartet werd beroemd, door zijn musiceer-stijl, namelijk bij de bevolking bekende Weense muziek te spelen, en kreeg ermee grote populariteit. Deze musiceer-stijl werd navolgend naar dit kwartet als Schrammelmusik aangeduid.
Het bekendste werk van deze componist is ongetwijfeld de mars Wien bleibt Wien.
Wolfgang Suppan, Armin Suppan: Das Neue Lexikon des Blasmusikwesens, 4. Auflage, Freiburg-Tiengen, Blasmusikverlag Schulz GmbH, 1994, ISBN 3-923058-07-1
Wolfgang Suppan: Das neue Lexikon des Blasmusikwesens, 3. Auflage, Freiburg-Tiengen, Blasmusikverlag Schulz GmbH, 1988, ISBN 3-923058-04-7
Wolfgang Suppan: Lexikon des Blasmusikwesens, 2. eränzte und erweiterte Auflage, Freiburg-Tiengen, Blasmusikverlag Fritz Schulz, 1976
Paul E. Bierley, William H. Rehrig: The heritage encyclopedia of band music : composers and their music, Westerville, Ohio: Integrity Press, 1991, ISBN 0-918048-08-7
Eggerm Nargaretge: Die Schrammeln in ihrer Zeit, Wien: Österreichischer Bundesverlag, 1989, 368 p.
Reinhard G. Pauly, Dr. Leo Jecny, Franz Endler, Leonard Bernstein: Vienna : a guide to its music and musicians, Portland, Oregon: Amadeus Press, 1989, 120 p.
Helmut Kretschmer, Prof. Dr. Felix Czeike: Wiener Musikergedenkstätten, Vienna: J & V Edition, 1990, 1988, 146 p., ISBN 978-3850580212
Norman E. Smith: March music notes, Lake Charles, La.: Program Note Press, 1986, ISBN 978-0-9617346-1-9
Sven G. Winquist: Musik i svenska ljudfilmer 1950-1959, Stockholm: Svensk Musik, 1985, 194 p., ISBN 978-9185470235
Hans Hauenstein: Interpreten des Wienerliedes, Wien: Buchdruckerei und Verlagsanstalt Karl & Otto Karner, 1979
Hans Hauenstein: Chronik des Wienerliedes - Ein Streifzug von den Minnesängern über den lieben Augustin, den Harfenisten und Volkssängern bis in die heutige Zeit, Wien: Jasomirgott, 1976, 288 p.
Gösta Morin, Carl-Allan Moberg, Einar Sundström: Sohlmans musiklexikon - 2. rev. och utvidgade uppl., Stockholm: Sohlman Förlag, 1975-1979, 5 v.
Gösta Morin, Carl-Allan Moberg, Einar Sundström: Sohlmans musiklexikon : nordiskt och allmänt upplagsverk för tonkonst, musikliv och dans, Stockholm: Sohlmans Förlag, (1951-)
Gita Graf-Khittel, Joseph Gregor: Österreich Musik und Theater, Frankfurt: Umschau Verlag, 1969, 132 p.
Philip James Bone: The guitar and mandolin : biographies of celebrated players and composers, London: Schott, 1954, 388 p.
Carlo Schmidl: Dizionario universale dei musicisti : Supplemento, Milan: Sonzogno, 1938, 806 p.
Carlo Schmidl: Dizionario universale dei musicisti, Milan: Sonzogno, 1937, 2V p.
Paul Frank, Wilhelm Altmann: Kurzgefasstes Tonkünstler Lexikon : für Musiker und Freunde der Musik, Regensburg: Gustave Bosse, 1936, 730 p.
Karl Lustner: Totenliste des Jahres 1893 die Musik betreffend, Monatshefte für Musikgeschichte, 1894, p. 137