Margaret Barry (Cork, 1917 - ?, 1990) was een Ierse balladezangeres.
Zij kwam uit een familie van travellers; haar grootvader bespeelde de uilleann pipes en won daar al in 1898 een prijs mee in Belfast. Haar ouders waren straatmuzikanten. Margaret speelde banjo en kon ook uit de voeten met de viool. Bij allerlei gelegenheden was Margaret aanwezig met haar banjo, zoals op marktpleinen, feesten op het platteland en sportevenmenten om haar liederen ten uitvoering te brengen. In het begin van de jaren 50 van de twintigste eeuw ging zij naar Londen, Engeland, waar zij optrok met violist Michael Gorman uit Sligo, Ierland. Zij maakte daar deel uit van het Ierse deel van de Londense bevolking zoals ook haar lotgenoten Martin Byrnes, Bobby Casey, Jimmy Power, Roger Sherlock, Julia Clifford, Tommy McCarthy en Dominic Behan. Séamus Ennis, Willie Clancy, Tony MacMahon en Luke Kelly kwamen bij haar op bezoek.
Margaret Barry is het beste bekend van haar versies van The Flower of Sweet Strabane, The Galway Shawl, The Turfman From Ardee, My Lagan Love en She Moved Through the Fair. Ewan MacColl bracht Margaret, Michael Gorman en Willie Clancy bij elkaar in zijn huis in Croydon in 1955 en nam 2 lp's op - Songs of an Irish Tinker lady en Irish Jigs, Reels and Hornpipes. Ze ging later terug naar Ierland en leefde daar met haar dochter. Margaret gaf ook concerten in de Verenigde Staten en zong daar onder andere in The Rockefeller Centre in New York.
Aan het eind van de jaren 70 werden haar optredens zeldzamer en zij stierf in 1990.