Mediocalcar | |||||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Mediocalcar decoratum | |||||||||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||
Geslacht | |||||||||||||||||||||
Mediocalcar J.J.Sm. (1900) | |||||||||||||||||||||
Typesoort | |||||||||||||||||||||
Mediocalcar bicolor J.J.Sm. (1900) = Mediocalcar paradoxum subsp. robustum (Schltr.) Schuit. (1997) | |||||||||||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||||||||||
Mediocalcar op Wikispecies | |||||||||||||||||||||
|
Mediocalcar is een geslacht van orchideeën uit de onderfamilie Epidendroideae.
Het zijn kleine epifytische of lithofytische orchideeën uit de bergregenwouden van Zuidoost-Azië en Oceanië, met succulente bladeren en kleine, felgekleurde bloemen.
De botanische naam Mediocalcar is afkomstig van het Latijnse medius (midden) en calcar (spoor), naar de spoorvormige inzinking in het midden van de bloemlip.
Mediocalcar-soorten zijn kleine epifytische of lithofytische planten met een kruipende rizoom, eivormige pseudobulben omgeven door restanten van bladscheden, en aan de basis twee succulente (vetbladachtige) bladeren. De bloeiwijze is een eindstandige tros met meestal één klokvormige bloem, felrood, met witte, gele of groene toppen.
De bloemlip vertoont in het midden een zakvormige spoor.
Mediocalcar-soorten groeien in vochtige alpiene en subalpiene regenwouden, op bemoste bomen of tussen bemoste stenen, voornamelijk op de Molukken, Nieuw-Guinea, Sulawesi, de Salomons-, Santa Cruz- en Caroline-eilanden, Fiji, Samoa en Vanuatu. Een aantal soorten zijn endemisch voor Nieuw-Guinea.
Het geslacht telt naargelang de bron 17 tot meer dan 60 soorten. De typesoort is Mediocalcar bicolor, die nu als ondersoort robustum van Mediocalcar paradoxum wordt beschouwd.