Sminthopsis hirtipes IUCN-status: Niet bedreigd[1] (2015) | |||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||
| |||||||||||||
Soort | |||||||||||||
Sminthopsis hirtipes Thomas, 1898 | |||||||||||||
Verspreidingsgebied van Sminthopsis hirtipes | |||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||
Sminthopsis hirtipes op Wikispecies | |||||||||||||
|
Sminthopsis hirtipes is een roofbuideldier uit het geslacht van de smalvoetbuidelmuizen. De wetenschappelijke naam van de soort werd voor het eerst geldig gepubliceerd door Oldfield Thomas in 1898.[2][3]
De bovenkant van het lichaam is geel- tot grijsbruin, de flanken zijn goudbruin en de onderkant is wit. De voeten zijn bedekt met fijne zilverkleurige haren. De lichtroze, spaarzaam behaarde staart is wat langer dan de kop-romp en is soms opgezwollen bij de wortel. De kop-romplengte bedraagt 72 tot 85 mm, de staartlengte 75 tot 95 mm, de achtervoetlengte 16 tot 19 mm en het gewicht 13 tot 19 g.
Deze soort eet geleedpotigen en kleine reptielen en gebruikt holen, die meestal door andere dieren gebouwd zijn. In oktober zijn er jongen in de buidels van vrouwtjes gevonden; jonge dieren zijn tot in april gevonden.
De soort komt voor in allerlei habitats in de droge binnenlanden van Australië van Kalbarri aan de kust van West-Australië tot het uiterste westen van Queensland. Deze soort komt meer naar het zuiden voor dan zijn verwant S. youngsoni.