Fritz-Julius Lemp | ||||
---|---|---|---|---|
Kptlt. Lemp in gesprek met admiraal Dönitz
| ||||
Geboren | 19 februari 1913 Qingdao, China | |||
Overleden | 9 mei 1941 Noord-Atlantische Oceaan, ten zuidoosten van Groenland | |||
Rustplaats | Naamsvermelding U-Boot-Ehrenmal Möltenort bij Kiel[1] | |||
Land/zijde | Weimarrepubliek nazi-Duitsland | |||
Onderdeel | Reichsmarine Kriegsmarine | |||
Dienstjaren | 1931 - 1941 | |||
Rang | Kapitänleutnant | |||
Eenheid | Niobe Karlsruhe | |||
Bevel | U 28 28 oktober 1938 - november 1938[2] U 30 november 1938 - september 1940[2] U 110 21 november 1940 - 9 mei 1941[2] | |||
Slagen/oorlogen | Tweede Wereldoorlog | |||
Onderscheidingen | Zie decoraties | |||
|
Fritz-Julius Lemp (Qingdao (China), 19 februari 1913 - 9 mei 1941), was een kapitein-luitenant-ter-zee (Kapitänleutnant) bij de Kriegsmarine tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij had het bevel over achtereenvolgens de U-28, U-30 en U-110. Lemp was ook een ontvanger van het Duitse Ridderkruis van het IJzeren Kruis. Op 7 juli 1940 was de U-30 van Lemp de eerste Duitse U-boot die aanlegde in de pas veroverde Franse onderzeebootbasis van Lorient.
Fritz-Julius Lemp werd op 19 februari 1913 in Tsingtao, China geboren. Zijn vader was officier bij het Duitse leger. Lemp kwam vóór de oorlog naar Duitsland waar hij in 1931 dienst nam bij de Marine. In 1936 werd Lemp op eigen verzoek geplaatst bij de U-bootdienst waar hij de gebruikelijke opleiding kreeg, voornamelijk op de U-28. In november 1938 kreeg hij het bevel over de U-30 waarmee hij, als eerste U-boot in de Tweede Wereldoorlog, torpedo's afvuurde op een geallieerd schip in de Atlantische Oceaan. Dit was een Brits passagiersschip, de Athenia.
Toen op 3 september Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk de oorlog aan nazi-Duitsland verklaarde was luitenant-ter-zee Lemp, commandant van de U-30 op verkenning in de Noord-Atlantische Oceaan. De oorlog was nog maar enkele uren oud toen Lemp een passagiersschip opmerkte dat volgens hem buiten de normale scheepvaartroutes voer. Het schip voer geen navigatielichten en volgde een zigzagkoers. Lemp kwam tot de conclusie dat het een troepentransportschip was en geen passagiersschip. Deze zou eigenlijk niets te vrezen hebben maar het gedroeg zich, volgens Lemp, niet normaal door zijn zigzagkoers. Daarmee stelde de Duitse commandant vast, dat het een Brits troepenschip was. Dit was echter een zware inschattingsfout aangezien het wel degelijk een Brits passagiersschip was, namelijk de Athenia, die onderweg was van Groot-Brittannië naar de Verenigde Staten.
Luitenant-ter-zee Lemp stelde overtuigd vast dat het de nieuwe vijand was, en vond dat hij het recht had tot actie over te gaan. De U-30 schoot zijn torpedo's af die allen het Britse passagiersschip troffen. De explosie's waren enorm waardoor de Athenia vrij snel zonk en van de 1103 opvarende 128 mensen om het leven kwamen. De meeste slachtoffers waren burgers. Het was pas toen de Athenia het SOS-noodsignaal begon uit te zenden dat Lens wist dat het om een passagiersschip ging. Deze fout kostte hem bijna zijn carrière.
De Britten beschuldigden de Duitsers er onmiddellijk van dat ze in flagrante strijd met de internationale overeenkomsten een onbeperkte duikbotenoorlog voerden. De Duitse regering wees die beschuldiging echter van de hand, en aangezien Lemp noch zijn radioman Georg Högel melding maakte van het gebeuren in hun radiorapporten, kwam de waarheid pas eind september aan het licht toen de U-30 de thuishaven binnenliep en Lemp persoonlijk verslag kon uitbrengen aan admiraal Dönitz.
Op 28 december 1939, om 15.45 uur, werd de HMS Barham (04), onder bevel van kapitein-ter-zee H. T. C. Walker, RN, aan bakboordzijde getroffen door een torpedo, van de U-30, op 66 zeemijl, ten westen van Butt of Lewis, Hebriden, in positie 58°47’ Noord en 08°05’ West, en ernstig beschadigd. Vier bemanningsleden verloren het leven. De HMS Barham werd voor zes maanden uit dienst gesteld voor de nodige reparaties uit te voeren.
Daarna had Lemp het bevel over de U-110 gekregen waarmee hij vooral strijd voerde in de Atlantische Oceaan. Op 9 mei 1941 werd de U-110 echter ingesloten door de torpedojagers HMS Bulldog, HMS Broadway en het Britse korvet HMS Aubretia. Na gedwongen te zijn door dieptebommen om beschadigd naar de oppervlakte te komen, beval Lemp zijn bemanning om de boot te verlaten en de ventielen te openen met het vooruitzicht de U-boot vrijwillig te doen zinken. De Duitse U-bootbemanning gaf zich over aan de Britten ten oosten van Cape Farewell op positie 60° N. en 33° W. Hoewel hij en zijn bemanning wegzwommen van de U-110, besefte Lemp dat de U-110 nog niet bezig was met zinken en dat de Britse oorlogsbodems vlakbij waren. Hij probeerde om terug te keren naar de U-110, om zijn codeboeken en het Enigmamachine nog te vernietigen, voordat ze in geallieerde handen zouden terechtkomen. Hij werd echter nooit meer weer gezien. Het kon ook zijn dat hij beschoten werd in het water door een Britse zeeman (zoals bevestigd was door een Duitse ooggetuige), maar zijn eigenlijke lot bleef onbekend. Fritz-Julius Lemp was 28 jaar toen hij stierf.