Berghaus was opgeleid als landmeetkundige. Nadat hij in 1813 vrijwillig in het leger ging onder Generaal Tauentzien trad hij in 1816 toe tot de ingenieursstaf van de Pruisischetrigonometrische landmeetkundige dienst. Hij was oprichter en leraar aan een geografische school in Potsdam, waar onder andere Heinrich Lange, August Petermann en anderen hun opleiding kregen. Daarnaast bezette hij lange tijd een leerstoel in de toegepaste wiskunde op de Bauakademie. In 1828 was hij een van de medeoprichters van het 'Gesellschaft für Erdkunde' in Berlijn.
Berghaus is het bekendst van zijn cartografisch werk. Zijn belangrijkste bijdrage was de Physikalischer Atlas (Gotha, 1838–1848), waarbij net als in andere werken ook zijn neef Hermann Berghaus.[1] (1828–1890) betrokken was. Deze atlas was bedoeld als illustratie bij Alexander von HumboldtsKosmos[2] De atlas zou ook in Groot-Brittannië gepubliceerd moeten worden[3], samen met Alexander Keith Johnston, maar werd in 1848 als Physical Atlas of Natural Phenomena, gepubliceerd door Johnson alleen. Berghaus had ook een aandeel in de eerste voorlopige uitgave[4] van de bekende Stieler Handatlas (origineel gemaakt door Adolf Stieler tussen 1817 en 1823, zie: Stielers Handatlas), en in de productie van andere atlassen.
Berghaus was, met steun van Alexander von Humboldt, in 1839 in Potsdam begonnen met de 'Geographische Kunstschule'. In de eerste cursus (1839-1844) was August Petermann, tezamen met Heinrich Lange (1821-1893) één van de weinige leerlingen. In de derde en laatste cursus (1845-1850) was dit Hermann Berghaus, zijn neef.
Berghaus' geschreven werken waren veelomvattend en belangrijk en bevatten onder andere Allgemeine Länder- und Völkerkunde (Stuttgart, 1837–1840), Grundriss der Geographie in fünf Büchern (Berlin, 1842), Die Völker des Erdballs (Leipzig, 1845–1847), Was man von der Erde weiß (Berlin, 1856–1860), en uitvoerige werken over Duitsland. In 1863 publiceerde hij een Briefwechsel mit Alexander von Humboldt (Leipzig).
Het kleine, steile eiland Bergkhauz (Остров Бергхауз) nabij Hall in Frans Jozefland is vernoemd naar Heinrich Berghaus.
Viktor Hantzsch (1902), Berghaus, Heinrich Karl. In: Allgemeine Deutsche Biographie, 46, S. 374-379.
G. Engelmann (1977). Heinrich Berghaus, der Kartograph von Potsdam. Acta historica Leopoldina, nummer 10. Halle/Saale, Deutsche Akademie der Narturforscher Leopoldina.
Deutschland seit hundert Jahren, Geschichte der Gebiets-Einteilung und der politischen Verfassung des Vaterlandes. 5 vol. Leipzig, 1859–62.
Wallfahrt durch's Leben. 9 vol. Leipzig, 1862.
Landbuch des Herzogtums Pommern, Schilderung der Zustände dieser Lande in der zweiten Hälfte des 19. Jahrhunderts. 13 vol. Anklam 1862–1868.
Briefwechsel mit Alexander von Humboldt. 3 vol. Leipzig, 1863.
Blücher als Mitglied der Pommerschen Ritterschaft 1777-1817 und beim Preußischen Heere am Rhein 1794. Anklam, 1863.
Geschichte der Stadt Stettin, der Hauptstadt von Pommern, Topographisch-statistisch beschrieben nach allen Richtungen ihres politischen, bürgerlichen, merkantilischen und kirchlichen Lebens. 2 vol. Berlin/Wriezen, 1875–76.
↑Dit verband wordt meestal niet gezien, maar bevestigd door een prospectus in het 2e deel van de Kosmos, Stuttgart 1847. De atlas van Alexander von Humboldts Kosmos, uitgegeven door Traugott Bromme, is een vaardige poging van een ondernemende uitgever om te profiteren van het succes van de Kosmos.
↑Hoewel Berghaus het Engelse wetenschappelijk klimaat nog niet rijp achtte voor dit soort publicaties, heeft hij toch aan het verzoek voldaan.