Hr.Ms. Dolfijn
| ||||
---|---|---|---|---|
Hr.Ms. Dolfijn in de haven. Bron: Koninklijke Marine.
| ||||
Overzicht | ||||
Naamsein | P339 | |||
Geschiedenis | ||||
Kiellegging | 30 september 1941 | |||
Tewaterlating | 27 juni 1942 | |||
In dienst gesteld | 4 juni 1948 | |||
Uit dienst gesteld | 1965 | |||
Algemene kenmerken | ||||
Waterverplaatsing | 1.400 ton (boven water) / 1.557 ton (onder water) | |||
Afmetingen | 83 m x 8 m | |||
Bemanning | 65 | |||
Techniek en uitrusting | ||||
Machinevermogen | 2 x 1.250pk (dieselmotor) / 2 x 900pk (elektromotor) | |||
Snelheid | 15,5 knopen (boven water) 8,5 knopen (onder water) | |||
Bewapening | 11 x 21 inch torpedobuizen, 1 x 10,2 cm deckgun, 2 x 20 m machinegeweren | |||
|
De Hr.Ms. Dolfijn was de aan Nederland uitgeleende Britse onderzeeboot Taurus van de T-klasse. Na een leenperiode van 5 jaar moest het schip weer teruggegeven worden aan de Britse marine. Het schip werd gebouwd door de Britse scheepswerf Vickers Armstrong uit Barrow-in-Furness.[1]
In 1949 en 1950 werd er door de Dolfijn intensief getest met de snuiver. Gedurende een reis naar Bornoya , Jan Mayen en Tromsø werd er bijna aan een stuk 450 uur met de snuiver gevaren.[1]
De Taurus heeft van 3 november 1942 tot 4 juni 1948 en van 8 december 1953 tot de uit dienst name. Uiteindelijk werd het schip in april 1960 gerecycled in Dunston-on-Tyne.[2]